De laatste 10 minuten van de les waren ze nier meer zo geconcentreerd. Logisch. We hadden een blokuur en al hard gewerkt. En dus ik liet ze zachtjes kletsen (hun tafeltjes stonden tegen mijn bureau). Ik hoorde het een beetje aan, terwijl ik hier en daar nog een leerling hielp met het afronden van de opdracht. Inmiddels was ook de rest van de klas klaar en begon wat te fluisteren. Nog een minuut of vijf op de teller, ik besloot het te laten gaan.
De meiden aan mijn bureau hadden het over jongens. Er passeerde wat straattaal waar ik nooit eerder van hoorde, dus ik schoot in de lach. “Wàt heb je?”. De meiden keken me lachend aan. “Fix mevrouw! Ze heeft fix met die jongen!”. Ik moet er heel grappig hebben uitgezien, want ze schoten alle drie tegelijk in de lach. “Ja, ik hoorde het, maar wat betekent het?” Ze gingen er even voor zitten. De jongen in kwestie was alweer op de achtergrond verdwenen, dit was hun kans om MIJ iets te leren en die grepen ze met beide handen aan.
“Fix betekent dat je praat met een jongen.” Ik trok een wenkbrauw op: “Maar waarom zeg je dan niet dat je praat met die jongen? Waarom zeg je fix?”. Ik zag een error in het hoofd van de dames. Ze keken elkaar even aan. Dit was niet helemaal het resultaat dat ze verwacht hadden. Ik begreep duidelijk het verschil tussen ‘fix hebben’ en praten niet.
“Het is meer dan praten mevrouw. Je vindt elkaar dan ook leuk.” “Heb je dan verkering?” vroeg ik oprecht. “Nee mevrouw!” Inmiddels lagen ze proestend over de tafel. “Je vindt elkaar dan leuk, maar het is nog een soort voorstadium van verkering hebben.” Ik dacht even na. “Aha! Dus je flirt dan een beetje met elkaar? Kijken of je elkaar echt leuk vindt?”
“Ja! Dat is het inderdaad mevrouw!”. Ze begonnen alvast met opruimen en inpakken. Ik dacht nog steeds na. “Maar… waarom noemen jullie dat dan ‘fix’ als je eigenlijk ‘flirten’ bedoelt?” Weer schoten ze in de lach. “Oh mevrouw, flirten is écht zo ouderwets!” Nu was het mijn beurt om in de lach te schieten. “Ja, jullie hebben gelijk. Ik ben ook al heel oud.” “Welnee mevrouw, u bent nog lang niet oud! U moet gewoon even de juiste begrippen leren en ze oefenen. Net als wij altijd moeten doen. Zullen we u volgende week overhoren?” Ze keken me vrolijk aan terwijl ze richting de deur liepen. “Fijn weekend mevrouw!”.
Opeens weet je het…
Je wordt leraar! In dit boek beschrijf ik precies welke keuzes je moet maken, welke zaken je moet overwegen, welke opties je hebt en waar die opties je brengen. Met recht een praktische leidraad om jezelf te dirigeren naar een omscholingstraject dat zo goed mogelijk bij jou past!
Of bekijk de website van De Lerarenwaaier! Er zijn inmiddels zes Lerarenwaaiers: Klassenmanagement, Werkvormen, Het mentoraat en Differentiatie, Coaching en Intervisie en Omgaan met Gedrag. De Lerarenwaaiers, ieder met een eigen kleur, helpen je met praktische tips voor jouw onderwijs. En je stopt ze zo in je tas!