Regelmatig plaats ik werkvormen waarbij Padlet wordt ingezet. Bijna iedere keer als ik iets deel met Padlet krijg ik ook de vraag wat ik doe als leerlingen bij elkaar gaan afkijken. Docenten vragen zich af of niet bang ben dat leerlingen bij elkaar afkijken en elkaars antwoorden gaan noteren, want dat is toch niet de bedoeling van een opdracht maken? Mijn reactie? Nee, ik ben niet bang dat ze afkijken!
Ik ben niet bang dat ze afkijken
Even voor de duidelijkheid, ik heb het hier niet over het maken van toetsen of het plegen van plagiaat. Ik heb het hier over (online) werkvormen waarbij de gelegenheid om antwoorden bij elkaar te zien of op te zoeken aanwezig is. En in die context ben ik niet zo bang dat leerlingen afkijken. Ik ben altijd heel duidelijk naar leerlingen. Ik vind het belangrijk dat ze zelf inzien dat iets leren niet gebeurt doordat ik informatie in hun hoofd plaats of wanneer zij een antwoord van de buurman overschrijven. Mijn leerlingen weten dat ik bij leren denk aan interactie. Met mij, met andere leerlingen, met de lesstof. En dat ik bij leren ook denk aan een actieve houding tijdens de lessen. Ze weten dat ik alles uit de kast haal om ze te laten leren, maar dat ze daar zelf ook een belangrijk bijdrage aan moeten leveren. Ik weet niet zeker of alle leerlingen dat volledig snappen of inzien, maar het is wel wat ik aan het begin van een schooljaar met mijn leerlingen bespreek.
Wat ik ook altijd uitleg is dat leerlingen bij het maken van opdrachten mogen afkijken als ze dat willen, maar dat ze zich moeten afvragen of ze hier iets van leren.
Je leert meer van vragen en overleggen
Ik snap overigens wel dat leerlingen soms de neiging hebben om af te kijken. Maar persoonlijk zou ik het zo overigens niet noemen. Ik denk dat leerlingen op zo’n moment niet weten wat ze moeten doen. Of ze weten het antwoord niet of hoe ze tot een antwoord moeten komen. En dan kijken ze bij de buren. Op zich is daar niks mis mee.
De technische opdracht
Een leuk voorbeeld vind ik het onderdeel ‘de technische opdracht’ van het programma Heel Holland Bakt. Daarin moeten de deelnemers iets maken wat ze vaak nog nooit gezien hebben. Daarnaast is het recept zeer summier opgesteld. En toch komt er aan het einde altijd iets wat lijkt op het product op tafel. Terwijl de deelnemers met de opdracht bezig zijn, zie je ze bij elkaar spieken. Want de ene kandidaat weet hoe ze de room moeten maken, de ander weet hoe je het soezendeeg maakt en een derde heeft ooit zo’n koekje gegeten en heeft dus nog een vaag beeld van hoe het eindresultaat eruit moet komen te zien.
Uiteindelijk komen bijna alle kandidaten met een resultaat dat in de buurt komt van het product en nu kan je denken ‘het is oneerlijk om bij elkaar te kijken’, maar er gebeurt meer tijdens die opdrachten dan spieken. De kandidaten delen namelijk hun stukje kennis met elkaar. Ze overleggen, werken min of meer samen, koppelen kennis aan elkaar en vullen de gaten in het recept op die manier op. En tijdens zo’n opdracht leren de kandidaten dus het meeste. En zo zie ik dat ook bij mijn leerlingen.
Spieken of leren?
Natuurlijk is puur spieken om het antwoord van een medeleerling een op een over te schrijven niet leerzaam. Maar als leerlingen vastlopen en om zich heen gaan kijken, aanknopingspunten gaan zoeken, elkaar opzoeken en informatie delen. Als leerlingen daarna bestaande informatie aan elkaar gaan koppelen en tot een uitkomst komen, dan zijn ze aan het leren! En dat vind ik tijdens mijn lessen niet erg. Ik moedig het aan!
Onderzoekend leren noem ik het en dat is iets waar ik ook regelmatig werkvormen op afstem. Het idee is: probeer het zelf, maar als het niet lukt: zoek dan de oplossing! In je boek of bij de andere leerlingen. Dat maakt mij niet uit. Probeer de gaten die jij in jouw recept hebt op te vullen met de juiste informatie en maak vervolgens de opdracht af. Ik kan het alleen maar aanmoedigen. De vaardigheden die je daarbij leert zijn ook bij latere opleidingen en zelfs in het werkende leven nog waardevol.
Coachen
De scheidslijn tussen puur spieken en actief leren is overigens wel wat dun. Het is natuurlijk het makkelijkste om gewoon over te schrijven wat de buurvrouw heeft. Zeker bij jonge leerlingen is het daarom aan te raden om dit proces goed te observeren en daar waar mogelijk of noodzakelijk in te grijpen door te coachen. Leg leerlingen uit dat je het prima vindt als ze overleggen, maar dat je niet wil hebben dat ze klakkeloos antwoorden van anderen overnemen. Vertel ze dat je niet verwacht dat ze alles zelf weten en snappen. Leg uit dat ze gebruik kunnen en mogen maken van elkaars inzichten en kennis.
Online overleggen met andere groepen
Om deze reden ben ik ook heel blij met de update van Zoom, waarbij leerlingen zelf kunnen kiezen in welke break-outroom ze gaan werken. Je kunt nog steeds bepalen welke groepjes gevormd moeten worden, maar leerlingen kunnen zelf ook verplaatsen binnen de break-outrooms. Zo kunnen ze tijdens het werken in groepjes, ook bij andere groepjes informatie inwinnen. Dit vraagt overigens wel enige klassenmanagementskills.
Meer over mij?
Deze tool bespreek ik uitgebreider in de online cursus Werkvormen voor iedere les. Een zeer toegankelijke online cursus, speciaal ontwikkeld voor startende docenten. Meer daarover lees je op de website van Docentenleven Academie.
Volg je mij al op Instagram? Daar geef ik je dagelijks een kijkje in mijn docentenleven. Niet alleen mijn werk, maar ook de combinatie met mijn gezin, studie en mijn bedrijf komt hier voorbij! Op Facebook vind je een Facebookgroep voor Startende en Studerende docenten en een Facebookgroep voor Activerende Werkvormen.
Ben je op zoek naar een training voor jezelf of het hele team? Neem vrijblijvend contact met mij op. Ben je op zoek naar een leuke download om in te zetten tijdens je lessen, een fijne online training of een praktisch e-book? Neem dan eens een kijkje in mijn academie. De komende tijd vind je hier steeds meer middelen voor jouw professionalisering.