Het kan natuurlijk gebeuren dat je, ondanks dat je je les goed hebt voorbereid, tijd over hebt. Soms werken de leerlingen sneller dan je had verwacht en ben je door je opdrachten heen. Het kan een vervelende situatie opleveren als je tijd over hebt en je je leerlingen eigenlijk ook niet echt meer iets kan aanbieden. De leerlingen worden dan luidruchtig, gaan vervelen en kletsen. De rust weer terug krijgen kan dan moeilijk zijn. Deze situatie is heel makkelijk op te lossen.
Voorbereiden
Juist door die momenten dat je onverwacht tijd over hebt voor te bereiden, kan je die tijd nuttig inzetten. Zorg ervoor dat je, voordat je de les begint, altijd een kleine opdracht achter de hand hebt die je kan inzetten als je merkt dat je voorbereide les minder tijd inneemt dan je van te voren gepland had. Door dit voor te bereiden hou je zelf de controle over je les en de invulling er van. Ook zorg je ervoor dat leerlingen uitgedaagd blijven en bezig blijven met nuttige leerstof die aangenaam wordt aangeboden. Want, het is natuurlijk wel leuk als die extra opdracht een ‘leuke’ maar leerzame opdracht is. Daarom geef ik je hier vier tips voor als je tijd over hebt in je les!
Een woordzoeker
Een woordzoeker is een leuke manier om je leerlingen bezig te houden en toch nuttig te zijn. Woordzoekers kunnen voor vrijwel ieder vak worden ingezet. Voor talen is het mogelijk om woordzoekers te vinden in die taal. Geef je Duits? Ga dan op zoek naar een woordzoeker in het Duits. Maar ook als je een ander vak geeft is het mogelijk om een woordzoeker te zoeken die begrippen bevat die aansluiten bij jouw vak. Geef je wiskunde? Denk dan eens aan een sudoku! Er zijn ook websites met een woordzoekergenerator. Zo vind je hier een woordzoekergenerator waar je zelf woorden kunt invullen. De woordzoekerfabriek geeft je de gelegenheid zelf een woordzoeker te maken waarbij de overgebleven letters een door jou bedachte oplossing vormen!
Een leesboek
Als docent Nederlands heb ik met mijn leerlingen de afspraak dat zij altijd een leesboek bij zich hebben. Aan het begin van de les lezen mijn leerlingen tien minuten. Maar ik zet het boek ook vaak in als een soort wachtmuziek. Wanneer we klassikaal aan opdrachten werken, zijn sommige leerlingen sneller dan anderen. Standaard is het de afspraak dat ze rustig hun boek lezen, terwijl ze wachten tot iedereen klaar is. Dit kan natuurlijk voor alle talen interessant zijn. Maar geef je een ander vak? Check eens bij je leerlingen of ze van een andere docent een boek mee moeten nemen en maak gewoon gebruik van die afspraak.
Een doos met boekjes
Toen ik stage liep had ik stagebegeleider die in haar klas standaard een doos met Donald Duckjes had liggen. Tijdens opdrachten of proefwerken stond de doos standaard op haar tafel. Waren de leerlingen klaar? Dan pakten zij een Donald Duck en gingen lezen. Je kunt hier natuurlijk allerlei varianten op bedenken. Geef je geschiedenis? Vul de doos dan met boekjes of tijdschriften over geschiedenis. Geef je natuurkunde? Doe hetzelfde voor jouw vak. Deze tip is misschien vooral van toepassing op de basisschool en/of de onderbouw. Toch weet ik uit ervaring dat ook de bovenbouw van de middelbare school het helemaal niet erg vindt om tien minuutjes (nuttig) te mogen lezen.
Geef een exitticket
In het kader van formatieve evaluatie/formatief handelen is een exitticket een hele goede manier om je les af te sluiten. Ook als je van te voren niet bedacht had om dit exitticket af te nemen, kan je dit vrij simpel alsnog doen als je tijd over hebt. In principe heb je alleen maar een klein papiertje en een pen per leerling nodig. Schrijf je vraag op het bord.
Denk aan vragen als:
Heb je het doel van vandaag behaald?
Begrijp je de nieuwe stof?
Heb je na deze les nog vragen?
Zo ja, welke vragen?
Als je de stof nog niet begrijpt, wat heb je dan nodig om het wel te begrijpen?
Je kunt ook het sjabloon van Docentenleven.nl gebruiken! Deze kun je hier downloaden. Zorg ervoor dat je altijd een stapeltje van de exittickets in je tas hebt zitten en deel ze aan het einde van je les uit. Neem de briefjes ook weer in! Want zo krijg je een goed beeld van wie de stof wel/niet beheerst en wie wel/niet nog wat hulp nodig heeft.
Er zijn natuurlijk nog veel meer korte opdrachten te bedenken die je standaard en op voorhand kunt voorbereiden en inzetten op moment dat je tijd over hebt.
Heb jij nog een tip?
Dank voor de tips Marjolein.
Misschien moet je je tekst een heel klein beetje aanpassen. Je schrijft onder het kopje ‘Voorbereiden’ het woord voorbereidde als bijvoeglijk naamwoord. Daar moet natuurlijk een d minder staan.
Groetjes Mireille
Bedankt! Je hebt natuurlijk helemaal gelijk. Te snel getypt 😊.